Baby's kunnen vanaf volgende maand een inenting krijgen tegen het gevaarlijke RS-virus. Het verkoudheidsvirus is toegevoegd aan het Rijksvaccinatieprogramma omdat het ernstige luchtweginfecties kan veroorzaken bij zuigelingen.
De bescherming is beschikbaar voor alle baby's die op 1 april of daarna zijn geboren. Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) benadrukt dat het geen traditionele vaccinatie betreft: "De prik bevat antistoffen tegen het virus. De baby hoeft deze antistoffen dus niet zelf aan te maken, wat bij een vaccinatie wel moet."
Zes maanden bescherming
De inenting biedt ongeveer een half jaar bescherming tegen het respiratoir syncytieel virus. Dit virus behoort tot de meest voorkomende verkoudheidsvirussen die vooral in de herfst- en wintermaanden circuleren.
Bepaalde groepen baby's lopen extra risico op ernstige complicaties door het RS-virus. Te vroeg geboren kinderen, baby's met het syndroom van Down en kinderen met aangeboren hartafwijkingen zijn het meest kwetsbaar voor gevaarlijke luchtweginfecties.
Uitbreiding naar ouderen
Ook ouderen en mensen met hart- of longaandoeningen hebben verhoogde kans op complicaties bij besmetting met het RS-virus. De Gezondheidsraad zou uitbreiding van het inentingsprogramma naar deze groepen een goede zaak vinden.
De raad adviseert een inentingsprogramma voor mensen van 75 jaar en ouder en bewoners van zorginstellingen vanaf 60 jaar. Ook mensen in medische risicogroepen zoals hartfalen, COPD, diabetes, morbide obesitas of nierziekte zouden volgens het advies in aanmerking moeten komen.
Wel moet eerst duidelijk worden hoe vaak de prik voor ouderen moet worden herhaald voordat dit programma kan starten.
Bronnen gebruikt: "ANP"
Let op: Dit artikel is bewerkt met behulp van Kunstmatige Intelligentie.